Stresa
Parels op het water
Stresa is een badplaats aan het Lago Maggiore in Noord-Italië. De Zwitserse autowegen zijn een genot, bijna iedereen houdt zich aan de snelheidsbeperkingen en de banen zijn goed onderhouden. Je mag wel geen claustrofobie hebben in de soms kilometerslange tunnels.
Verblijf
Het Lago Maggiore, in het Duits Der Langensee genoemd, is na het Gardameer het grootste Noorditaliaanse meer. Een vijfde van het meer, omringd door hoge bergen, ligt op Zwitserland. Eens in Italië worden de omringende bergen lager en zakken ze langzaam richting Povlakte.
Stresa was een zeer bekende badplaats aan het meer. De tijd dat Stresa "in" was ligt wel al een tijdje achter de rug, het hotel "Iles Borromées" dateert van 1863.
De hotels langs de oeverpromenade getuigen van een groots toeristisch verleden. Stresa en vooral het meer hebben echter nog steeds heel wat te bieden aan iemand die houdt van zon, water, natuur en rust.
De parels op het meer zijn de Borromeïsche eilanden, langs het meer zijn er mooie villa's met exotische tuinen.
We verbleven in 1999 in Hotel Lido, La perla Nera. Zoals de naam het zegt ligt dit hotel aan het stand van Stresa. Strand is wel een groot woord voor de enkele tientallen meters zand. Echte strandliggers vinden hier hun gading niet. Het hotel is rustig gelegen aan het einde van de oeverpromenade van Stresa. De keuken is zeer goed maar je kon er toen enkel 's avonds eten en dat na reservering. Stresa heeft echter voldoende kleine en grote restaurants.
Er is weinig parking voor de wagen rond het hotel, we hebben de wagen op één week tijd echter maar één keer gebruikt. Alle verplaatsingen op en rond het meer deden we met de boten waarvan de aanlegsteiger op 100m van het hotel ligt. Als je eenmaal een parkeerplaatsje hebt is het probleem dus opgelost.
Stresa had al van in de 19de eeuw de naam van luxueuze badplaats en is een prima bestemming voor een rustige vakantie. Flaneren langs de Lungolago, de bebloemde promenade, een bezoek aan één van de vele tuinen rond het meer, aan de eilanden in het meer of met de kabellift naar de Monte Mottarone, je kan gemakkelijk een weekje vullen.
Je verplaatsingen doe je het best met de boten. Zoals een lijnbus bedienen ze de meeste bezienswaardigheden rond het water. Een dagkaart libera circolazione is het goedkoopst want je kan de ganse dag boot op boot af voor één prijs.
Stresa en de Villa Pallavicino
Een bezoek aan Stresa en de Villa Pallavincino is een goede start van de week. Vanaf hotel Lido ben je na een wandeling van 20 minuten in Stresa. Langs de promenade vind je oude, beroemde hotels zoals het grand-hotel Des Iles Borromées.
In de smalle straatjes van Stresa is het prettig kuieren. Winkeltjes, restaurantjes, voor elk wat wils. Voorbij Stresa, op het einde van de Lungolago vind je de Villa Pallavincino.
De Borromeïsche eilanden
De Borromeïsche eilanden Isola bella, Isola Madre, Isola dei Pescatori zijn de voornaamste toeristische bezienswaardigheid van het Italiaanse deel van het Lago Maggiore. Aan de oostelijke oever ligt het Isola San Giovanni, prachtig maar jammer genoeg niet toegankelijk voor het publiek. Toerboten varen de hele dag af en aan en met een dagkaart kan je de ganse dag tussen de eilanden navigeren. Je kan ook met een watertaxi naar de eilanden, gezellig maar duurder dan de waterbus.
De steenrijke Milanese familie Borromeo heeft het eiland Isola Bella in 1620 laten aanleggen.
Het resultaat grenst aan kitch maar is een bezoek overwaard. In het Palazzo Borromeo overnachtte ooit Napoleon! Het park is een meesterwerk van de barok, tien terrassen met alle mogelijke bloemen- en plantensoorten waartussen witte pauwen hun pracht tentoonspreiden. Het palazzo bestaat uit barokke zalen volgestouwd met meubels, schilderijen, spiegels en tapijten.
Op het oude visserseiland Isola Pescatori krioelen de steegjes van de toeristen. Onder de platanen aan de waterkant verdringen zich de restaurantjes. Het grootste eiland, Isola Madre, is een weelderig plantenparadijs.
Lago d'Orta
De enige trip met de auto gaat naar het 30km verderop gelegen Orta San Giulio aan het gelijknamige romantische meer. Orta ligt aan de voet van de 400m hoge Sacro Monte. Langs het pad naar de top staan 20 renaissancekapellen met fresco's en levensgrote terracottabeelden. In het meer ligt het Isola di San Giulio, bebouwd met villa's van rijke Milanezen.
Monte Mottarone
Aan hotel Lido vertrekt de kabelbaan naar de Monte Mottarone. Vanaf de halte van de kabelbaan kan je, alvorens de zetellift naar de top te nemen, een flinke wandeling maken naar een wondermooi gelegen alpentuin. Het panorama vanaf de top van de Mottarone (1491 m) omvat bij helder weer niet minder dan zeven meren. Hoge alpentoppen zoals de Monte Viso, de Monte Rosa en de Adamello sieren de noordelijke horizon.
Villa Taranto
Verbania, aan de overzijde van het meer is de fusiegemeente van Pallanza en Intra. Pallanza heeft een fraaie promenade begroeid met magnolia's en enkel mooie steegjes. Het park van de Villa Taranto, een schittende botanische tuin, ligt even buiten de stad, vlak aan de aanlegsteiger van de toerboten.
Laveno en S. Caterina del Sasso
Vanuit Stresa kan je het meer oversteken richting Laveno. Laveno is bekend voor zijn aardewerk. In het palazzo Perabo is een permanente tentoonstelling van majolica-aardewerk. Het klooster van S. Caterina del Sasso is 5km ten zuiden van Laveno gelegen.
Baveno
Baveno is een kleine toeristenplaats met een mooi pleintje omringd door renaissancegebouwen. Tussen twee eilandbezoeken kan je even op adem komen op een terrasje aan de fraaie maar korte promenade.
Maak jouw eigen website met JouwWeb